IMG 4749 edited (1)

Letting God Take the Wheel | From Ukraine to the Netherlands

IMG 4749 edited

“Want Ik weet welke plannen Ik voor u heb,” spreekt de HEER, “plannen van vrede en niet van onheil, om u een hoopvolle toekomst te geven.”  Jeremia 29:11

Een belofte die diep geworteld is in de harten van onze dierbare ICF-familieleden, Alla en Kostas. Een belofte die hen kracht gaf in de moeilijke dagen waarin ze gedwongen werden Oekraïne te ontvluchten toen in februari 2022 de oorlog uitbrak. Met deze belofte als fundament konden ze erop vertrouwen dat de Heer hen veilig zou leiden op een reis die hen letterlijk tot aan de voordeur van ICF bracht. Vandaag delen ze die reis met ons, als getuigenis van Gods goedheid.

Alla en Kostas komen beiden uit Kiev en zijn sinds 2007 getrouwd. Ze hebben God op heel verschillende manieren leren kennen, maar door hun hele leven heen hebben ze de liefde van Jezus ervaren en geleerd op Hem te vertrouwen in alle omstandigheden. Ze volgen nog steeds Gods roeping; eerder dit jaar hebben ze onze gemeente verlaten om de lokale Oekraïense kerk te dienen. We danken God dat Hij hen naar ICF heeft gebracht en weten dat ze een zegen zullen zijn in hun nieuwe gemeenschap.

Kostas begint het verhaal: Alla en ik komen oorspronkelijk uit Kiev, maar op het moment dat de oorlog begon woonden we in Lviv (ongeveer 470 kilometer ten westen van Kiev). De meeste mensen denken dat de oorlog in 2022 begon, maar voor ons begon hij al in 2014. Ik had toen al veel collega’s verloren en in 2022 wisten we dat er iets stond te gebeuren, maar we wisten niet hoe groot of wat het zou zijn.

Ik werkte als taalkundige voor het Amerikaanse leger, en het was een wonder dat ik drie weken vóór de oorlog werd overgeplaatst naar een gebied dat technisch gezien buiten Oekraïne lag. Daardoor kon ik niet opgeroepen worden voor dienstplicht.Mijn team bevond zich in een zogenoemd driegrenzengebied hoog in de bergen. Het dichtstbijzijnde dorp lag zeven kilometer verderop, onderaan de berg, door het bos. De omstandigheden waren zwaar en vaak was er helemaal geen communicatie mogelijk.

Het gebied waar we zaten werd al vroeg doelwit van een directe Russische aanval. Ik heb nog foto’s van mijn oude kantoor met ingestorte plafonds en kraters voor het gebouw.

Alla vervolgt: Toen de oorlog begon, wist ik dat veel mensen naar ons huis zouden komen om hulp te vragen, maar vanwege mijn gezondheid kon ik niet naar buiten. Niet lang daarvoor had de Heer mij genezen van een periode van verlamming. Dat moment in mijn geloofsreis leidde ertoe dat ik begon te werken met jonge meiden in onze kerk, om hen te bemoedigen in hun geloof.

Ik vroeg onze buurman om te helpen met het kopen van voorraden. Hij had een grote bus en kocht veel spullen. Vanaf de eerste dag begonnen jonge vrouwen te bellen: “Ik ben zo bang.”

Ik herinner me dat Kostas ons instructies gaf wat we moesten doen. We praatten en hadden de lampen aan, maar hij zei je moet het licht uitzetten, anders zien de vijanden jullie. Sluit alle ramen, want niet ver van ons liep een spoorlijn waar militaire goederen over vervoerd werden.

Ik wilde niet weg. Ik kon niet lopen. Ik kon nog geen tien minuten in een auto zitten zonder pijn. Ik wist dat ik onder Gods bescherming was en dat hij mij in Zijn hand houdt.

Ik zei tegen Kostas: “We moeten bidden, en God zal ons laten weten wat we moeten doen. Als Hij zegt dat ik moet blijven, blijf ik. Als Hij zegt dat ik moet vertrekken, zal Hij de deur openen.”

Dus begonnen we te bidden en te vasten.

Ik herinner me dat Kostas me vertelde dat ik een kleine tas moest klaarmaken met documenten en wat spullen. Door mijn gezondheid kon ik niet veel dragen. Dus nam ik alleen mijn Bijbel - het allerbelangrijkste -, onze documenten, en een paar speciale sneakers. Ik deed dit voor de zekerheid en ik bleef bidden.

Op een dag kwam een jonge vrouw uit onze kerk, een fysiotherapeute, om mij een rugmassage te geven. Terwijl ze er was, belde haar moeder en zei dat Russische soldaten onderweg waren – ze was doodsbang.

Ik kan het dit moment niet uitleggen, maar ik wist gewoon dat God tegen mij zei: “Alla, vandaag moet je weggaan.”Ik hoorde Zijn stem, en Hij gaf me kracht en goede gezondheid. Het was een wonder.

Het lukte me om Kostas te bellen en vanaf dat moment ging alles heel snel. Ik had één uur om me voor te bereiden en te vertrekken en ik bad dat God me de wijsheid zou geven om alles te sorteren.

Ik gaf ons eten en onze huissleutels aan de buurman en zei: “Als mensen iets nodig hebben - eten, kleding, spullen - laat ze alles nemen.”

God geeft en neemt, dus wij wilden anderen zegenen. We wisten zeker dat Hij voor ons zou zorgen, dus we hadden onze spullen niet nodig.

Dankzij God konden veel mensen in ons huis verblijven. Op een moment verbleven er vier gezinnen in ons appartement. Velen kwamen uit dorpen die werden bezet, waar mensen werden geëxecuteerd. Dus ik dank God dat ze in ons huis veiligheid vonden.

Het was moeilijk afscheid nemen - we wisten niet of het voor een week of een maand was. Maar prijs God dat we iemand vonden die voor onze ouders konden zorgen.

Kostas: Op dat moment was de oorlog vol aan de gang en ik kon drie maanden lang mijn post niet verlaten.

Toen Alla belde, was het erg moeilijk. Reizen was ’s nachts verboden zonder speciale toestemming. En aangezien we zo dichtbij de avondklok waren, moest ik in een paar seconden beslissingen nemen. Toen kreeg ik ineens een melding via de webcams: een grensovergang bij Polen was open. Wonder boven wonder vond ik een chauffeur die Alla daarheen kon brengen.

En toen gebeurde er nóg een wonder. Ik herinnerde me dat vrienden van Alla’s weeshuis ook die dag naar de grens zouden reizen. Ik belde hen en zij bleken slechts twee auto’s van Alla vandaan te staan. En ze hadden nog een plekje vrij in hun auto.

De weg naar de grens duurde normaal maar een paar minuten, maar nu stond er een lange file. In plaats van minuten duurde het drie dagen. Veel mensen stierven onderweg, want er waren geen ziekenhuizen, geen apotheken, geen winkels.

Alla: Het was koud, en we hadden honger. In die drie dagen verloor ik tien kilo. Maar uiteindelijk kwamen we in Polen aan, en daar wachtten vrienden mij op. Kostas had geregeld dat ik daarna naar Duitsland zou gaan, maar mijn vrienden zeiden: “Nee, je moet naar Tsjechië.” Ik zei: “Maar dat is niet het plan,” en ik kon Kostas niet bellen omdat er geen verbinding was.

Ik had geen keuze. Dus stapte ik alleen in de trein en kwam in Tsjechië aan. Eerst verbleef ik bij een Koreaanse gemeenschap, en later vond ik, dankzij God, een goed Tsjechisch gezin bij wie ik kon wonen. Uiteindelijk kon Kostas me een week komen bezoeken - het was een geweldig weerzien!

Ik was zo blij dat Kostas bij me was. Maar toen moest hij weer verder, naar Duitsland en Nederland om werk te zoeken. Het was moeilijk afscheid nemen. Daarnaast kon ik niet met de familie praten, omdat ik geen Tsjechisch sprak. Ik huilde veel.Ik klaagde en zei: “Waarom is dit gebeurd? Waarom ben ik hier?”

Maar later zei God tegen me: “Alla, je bent op een veilige plek.” Toen begon ik te bidden voor mijn volk, mijn land. Want toen ik met vrienden in Oekraïne sprak, hoorde ik hoe erg het daar was. Ze zaten in kelders zonder water, zonder eten, in de kou.

Ik huilde en bad: “God, red mijn volk. Red mijn land. Red mijn vrienden, buren en familie. En ook de mensen die U niet kennen. En vergeef me voor mijn geklaag.”

Ik begon te bidden en God voor alles te danken.

Ik bleef vier maanden in Tsjechië, leerde de taal en dankzij Kostas kreeg ik een legale status en kon ik financiële steun krijgen.

En Kostas bleef zeggen dat hij snel terug zou zijn.

Kostas: God doet echt wonderen. Terwijl ik nog op die berg zat en Alla in Tsjechië was, belde een oud-student me: “Gaat het goed met je? Ben je Oekraïne uit? Wil je misschien naar Nederland komen?” Ik zei: “Waarom niet? Laat me even van de berg afdalen en met Alla praten.”

Het was niet makkelijk om God het stuur te laten nemen. Ik herinner me dat liedje: ‘Let Jesus take the wheel’. Als je in een auto zit en het stuur loslaat, is dat meestal geen goed idee. Maar in je leven als Christen is het het beste wat je kunt doen. Je laat Jezus je leven sturen en je laat de controle las, maar dat is niet eenvoudig. Ik heb meer dan 130 minuten stilte gehouden - voor vrienden, collega’s, mensen die gestorven zijn. Het was moeilijk om de controle aan God te geven.

Maar dat moest ik doen, en God wist waar Hij ons heen wilde leiden. Ik kreeg een baan in Nederland, de Heer vond een goed gastgezin voor ons. Van daaruit vonden we snel een appartement, veel sneller dan de meeste mensen.

Nu hebben we een tijdelijk visum, die potentieel verlengd is van 2026 naar 2027. Onder deze tijdelijke bescherming staan we stil en kunnen we geen lange termijnplannen maken, maar we kunnen vertrouwen op Gods genade. De Heer heeft ons hierheen geleid, dus we wachten af wat Hij verder zal doen.

Alla: Hij heeft ons in die tijd dat we gescheiden waren geleerd dat Hij een machtige God is. Als we niet alleen bidden, maar ook vasten, vertrouwen en danken, dan beantwoordt Hij onze gebeden. En dat heeft hij gedaan. Nadat Kostas alles in Nederland had geregeld en terugkwam was het een feestelijke dag, we hebben dat gevierd.

We moesten ook bidden dat God zou voorzien in onze reis naar Nederland. We reisden 13 uur met de bus en ik wist dat het niet makkelijk zou zijn voor mij vanwege mijn rugproblemen, maar ik zei: “God, ik vertrouw U.”

Op een zaterdag in juni stapten we in de bus en kwamen de volgende dag, op zondag, aan op Rotterdam Centraal. We stapten uit, liepen direct naar ICF, en tot mijn verbazing voelde ik me niet moe en had ik na die lange reis geen pijn.

Ik herinner me dat toen we arriveerden Pastor Fred naar ons toekwam en zei: “Ik ben Fred, de pastor van deze kerk.” Zijn gezicht straalde, hij glimlachte voortdurend.

Velen kwamen naar me toe en zeiden: “Oh, jij bent Kostas’ vrouw! We hebben gebeden dat God een wonder zou doen zodat je sneller kon komen!”

Kostas: De Heer heeft ons echt naar ICF gestuurd. Ik had veel kerken gemaild toen ik wist dat we naar Nederland zouden verhuizen, en Fred was de enige die antwoordde - en dat was in het Engels!

God bracht ons naar de kerk en wij moesten alleen nog maar gaan. Het was niet zoals onze thuisgemeente, maar God stuurde ons erheen. Bij ICF lopen veel mensen met God. Ze komen misschien van verschillende achtergronden, kerken en landen, maar als je met hen spreekt, zie je: ze wandelen met de Heer. Dat is waarom we geloven dat God ons hier gezonden heeft. We hopen dat in onze tijd bij ICF ons getuigenis iemands geloof heeft versterkt en iemand dichter bij God heeft gebracht.

Toen we kwamen, waren er minder dan 30 mensen en nu zijn het er meer dan 100!

De kerk groeit snel en is een prachtige ingang tot Christus.

Nu weten we dat God ons roept naar de Oekraïense kerk in Rotterdam. We zien dat we daar nodig zijn, maar ICF blijft onze kerkfamilie, het zit in ons hart. Onze roeping is om de jeugd te dienen in de Oekraïense kerk, maar ook om praktisch te helpen, omdat we veel geleerd hebben over Nederland. Er zijn veel dingen in Nederland die voor Oekraïners een grote uitdaging zijn.

Alla: Bij de Oekraïense kerk heb ik al veel jonge meiden ontmoet. Ze hebben me gevraagd om zondagsschool te geven aan tieners.

Compressed

De afgelopen maand heb ik voor twee bruiloften gebakken - 180 taarten, muffins, macarons en pavlova’s, allemaal in ons huis. Ik heb nog nooit zoveel gebakken!

Tijdens een van de bruiloften heb ik vertaald van Oekraïens naar Nederlands en andersom. Ik was er niet op voorbereid, maar God gebruikte mij. Het was niet perfect, maar iedereen begreep alles.

Ik weet dat God ons leidt en Hij laat ons zien wat we moeten doen.

Ik wil ook zeggen dat we God voor alles moeten danken. Het maakt niet uit wat er gebeurt is in onze levens, of het vreugdevolle of verdrietige dagen zijn. We moeten God danken in alle situaties en volledig op Hem vertrouwen. Want Hij weet wat het beste is voor ons — wat tot Zijn eer zal zijn. En dat heeft Hij ons beloofd. Zoals in Jeremia 29:11:

“Want Ik weet welke plannen Ik voor u heb,” spreekt de HEER, “plannen van vrede en niet van onheil, om u een hoopvolle toekomst te geven.”

Ook als we iets niet begrijpen, of niet kunnen zien - we moeten vertrouwen. Soms zal het moeilijk zijn, of eigenlijk zal het vaak moeilijk zijn. Maar als we op de Heer vertrouwen, zullen we later zien hoe Hij ons heeft gezegend. We kunnen dan met vreugde terugkijken en zien hoe God ons heeft gebruikt tot Zijn eer, om mensen via ons tot Hem te brengen.

Kostas: Ja, wanneer God aan het werk is, moeten wij Zijn werk niet tegenhouden.
We moeten geen stokken in de spaken van Gods fiets steken
.

We danken Alla en Kostas dat ze hun verhaal met ons hebben gedeeld en prijzen God voor hen. Nu de oorlog in Oekraïne nog voortduurt, vragen ze ons te bidden voor bescherming over hun familie en vrienden - vooral degenen die in het leger dienen of in de buurt van het front wonen. En te bidden dat zij die Jezus nog niet kennen, zich tot Hem zullen keren.

Deze website maakt gebruik van cookies

Deze website gebruikt cookies. Door gebruik te maken van deze website, geef je aan akkoord te zijn met het gebruik van cookies. Lees meer

Sluiten